Van 1920 tot 1928 was Adelgunde regentes-in-absentia voor haar minderjarige neef, de Portugese troonpretendent Duarte Nuno, hertog van Bragança. Bij het begin van haar regentschap kreeg ze de titel hertogin van Guimarães. In 1921 publiceerde ze een manifest over het herstel van de monarchie in Portugal door het huis Bragança. Ook sloot ze als regentes een overeenkomst met voormalig koning Emanuel II, waarin deze Duarte Nuno als zijn opvolger erkende.[2]