Bandar Abbas of Bandar-e 'Abbas (Perzisch:بندر عباس) is een havenstad in Iran aan de Straat van Hormuz. De stad is de hoofdstad van de provincie Hormozgān en telt circa 435.000 inwoners (2011). Tegenover de stad ligt het eiland Hormuz.
De haven van Bandar Abbas is de grootste van Iran, en in de stad is het hoofdkwartier van de Iraanse marine gevestigd. Bandar Abbas is een belangrijke haven voor de export van aardolie en voor de handel met India. Via de internationale luchthaven kan men binnenlandse bestemmingen bereiken maar ook Dubai en Sharjah in de Verenigde Arabische Emiraten. Een 1330 km lange route over land voert naar Teherān.
Geschiedenis
De stad was bekend onder de naam Gamru of Gamron. In 1507 vestigden de Portugezen zich in de regio en kreeg Perzië voor het eerst te maken met westerse mogendheden. In 1612 veroverden de Portugezen de stad Gamron, die zij Comorão noemden. In 1615 veroverde Sjah Abbas I de Grote de stad op de Portugezen, met hulp van de Britse Oost-Indische Compagnie. Na deze overwinning veranderde Abbas de naam in Bandar-e Abbas.
VOC in Bandar Abbas
In 1623 vestigde de koopman Huibert Visnich namens de VOC een handelsmissie in Bandar Abbas, de eerste in Perzië. Vanuit Bandar Abbas werd in heel Perzië handel in zijde gedreven. De Duitse geleerde en reiziger Engelbert Kaempfer verbleef tussen 1685 en 1688 twee jaar namens de VOC in Bandar Abbas. De stad werd een belangrijke overslagplaats voor de handel tussen Engeland, Nederland en India, met name voor specerijen.
In 1765 kwam er een einde aan een Nederlandse handelsmissie, omdat de huur voor de handelsmissie en een fort niet voldaan werd. Hierna nam de invloed van Engeland toe.