De duplex ordo was de verdeling in staats- en kerkelijke vakken binnen Nederlandse openbare theologische faculteiten. Hierdoor had een theologische faculteit kerkelijk hoogleraren en 'staats hoogleraren'. De eerste hoogleraren werden door de kerkgenootschappen aangesteld.
De 'duplex ordo' ontstond in 1876 toen de nieuwe wet op het hoger onderwijs inging. Door deze wet maakte men een scheiding tussen de rol van de (openbare) faculteit en die van de kerkelijke opleiding voor een kerkelijk ambt. In het verleden was er sprake van 'duplex ordo' in Leiden, Utrecht, Groningen en Amsterdam (UVA). De Nederlandse Hervormde Kerk bood sinds 1876 zo'n opleiding aan de rijksuniversiteiten aan.[1] Na de fusie van de Nederlandse Hervormde Kerk met de Gereformeerde Kerken en de Evangelisch-Lutherse Kerk in 2004 zijn de universiteiten en opleidingen van deze kerken in 2007 gefuseerd. De hieruit ontstane Protestantse Theologische Universiteit (PThU) is gevestigd in Amsterdam (VU) en Groningen (RUG). De PTHU werkt wel samen met andere universiteiten ter plaatse, maar er is geen sprake meer van duplex ordo. De bepaling uit de Wet op het hoger onderwijs rond kerkelijke hoogleraren is in 2010 vervallen.
In Nederland kozen kerken in het verleden tussen 'duplex ordo' (gescheiden verantwoordelijkheid) of 'simplex ordo', waarbij de kerk of een door de kerk beheerste instelling de formele verantwoordelijkheid voor de opleiding van haar predikanten wil leggen. De Gereformeerde Gemeenten kozen voor een eigen opleiding, zonder officiële status of erkenning. De Christelijke Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) kozen voor een eigen, erkende opleiding en hebben als gevolg hiervan een 'eigen' universiteit in Apeldoorn, respectievelijk in Kampen. Wanneer men aan de laatste universiteiten afstudeert heeft men zowel een erkend diploma en (bij de juiste studie) is men gereed voor een kerkelijk ambt.
Bronnen, noten en/of referenties