Johannes Scotus (ca. 800-877)[1], bijgenaamd Eriugena (dit komt van Eriu, de Keltische benaming voor zijn geboorteland Ierland), wordt de 'eerste vader van de scholastiek' of de 'Karel de Grote van de scholastieke filosofie' genoemd, omdat hij - zoals Karel de Grote aan het begin van de Middeleeuwenmonarchie en hiërarchie wist te verenigen - aan het begin van de scholastiek reeds een totaalbeeld had van wat pas later geleidelijk aan uitgewerkt zou worden.
Korte biografie
Johannes Scotus werd in de vroege 9e eeuw in Ierland geboren. In 845 verhuisde hij naar Frankrijk waar hij de leiding kreeg van de Paleisschool van Karel de Kale in Parijs, opgericht door Karel de Grote. Hij schreef het vijfdelige Over de indeling van de natuur en vertaalde, zonder pauselijke goedkeuring, het werk van de neoplatonische filosoof Dionysios Areopagita. Rond 855 werd hij door de Kerk als ketter in de ban gedaan. Hij stierf in 877. Volgens de legende reisde hij op het eind van zijn leven naar Engeland waar hij abt werd in de abdij van Malmesbury. Daar zou hij zijn doodgestoken door zijn broeders met een pen.
Bronnen, noten en/of referenties
↑(en) Dermot Moran & Adrian Guiu, John Scottus Eriugena. The Stanford Encyclopedia of Philosophy. Stanford-universiteit (28 augustus 2003). Gearchiveerd op 28 januari 2022. Geraadpleegd op 11 juli 2022. “it is conjectured that he was born in Ireland around 800 or possibly slightly earlier”