De Nachi beschikte over vier turbines, met ieder een schacht. Deze werden aangedreven door twaalf ketels. Hiermee werd een machinevermogen van 97.000 kW gehaald, waarmee het schip een topsnelheid van 36 knopen kon halen. Als het schip met een snelheid van 14 knopen voer, kon het 15.000 km afleggen.[1][2]
Op 4 januari 1942 werd het schip aangevallen door meerdere AmerikaanseB-17 Flying Fortress-bommenwerpers. Hierbij werd de Nachi geraakt door een bom van 227 kg, die alleen oppervlakteschade aanbracht en niet het pantser penetreerde.[2][3]
Op 1 maart 1942 bracht de Nachi samen met de Haguro en de Yūdachi de zwaar beschadigde Britse kruiser HMS Exeter tot zinken. De Nachi haalde 90 bemanningsleden uit het water.[2][3]
Op 26 maart 1943 begeleidde de Nachi een konvooi, samen met de zware kruisers Maya en Tama en de lichte kruiserAbukuma, toen het een Amerikaans eskader spotte. Het eskader bestond uit de lichte kruiser USS Richmond, de zware kruiser USS Salt Lake City en de torpedobootjagersUSS Bailey, USS Dale, USS Monaghan en USS Coghlan. Er volgde een vier uur durend gevecht, waarbij geen van de afgeschoten torpedo's doel trof. Wel was er aan beide zijden sprake van hevige schade door kanonvuur. De Nachi werd vijfmaal geraakt, veertien bemanningsleden sneuvelden.[2][3]
Op 24 oktober 1944 nam de Nachi deel aan de Slag in de Golf van Leyte, waarbij hij geen belangrijke rol speelde. Op 25 oktober kwam het schip in botsing met de Japanse zware kruiser de Mogami, waarbij beide schepen schade opliepen. De Nachi moest zich terugtrekken en in Manilla reparaties ondergaan.[2][3]
Terwijl de reparatiewerkzaamheden nog aan de gang waren, werd de Nachi op 29 oktober 1944 aangevallen door Amerikaanse bommenwerpers. Een bom raakte het dek, waardoor 53 bemanningsleden omkwamen en het reparatiewerk vertraging opliep.[2][3]
Op 5 november 1944 werd de Nachi in de Baai van Manilla aangevallen door drie golven bommenwerpers afkomstig van de vliegdekschepenUSS Lexington en USS Ticonderoga. Het schip overleefde de eerste golf en kwam er met weinig schade vanaf, maar tijdens de tweede golf werd het geraakt door vijf bommen en twee of drie torpedo's. In de derde golf werd het schip geraakt door vijf torpedo's, twintig bommen en zestien raketten. Het schip had geen schijn van kans. 807 van de totaal 1027 bemanningsleden aan boord stierven. De viceadmiraal die het commando over het schip had, was op dat moment aan land voor een vergadering maar kwam nog op tijd in de haven aan om zijn schip te zien zinken. De kapitein overleefde de aanval niet.[2][3]
(en) Evans, David (1979). Kaigun: Strategy, Tactics, and Technology in the Imperial Japanese Navy, 1887-1941. US Naval Institute Press. ISBN 0-87021-192-7.