Terug in Brussel, componeerde hij enkele opera’s en meer dan 40 symfonieën, ouvertures en sonates. In 1758 werd hij gepromoveerd tot kamerheer (valet de chambre) van de prins, vervolgens werd hij co-directeur van de Muntschouwburg van 1763 tot 1767, jaar waarin de onderneming op een financieel fiasco uitliep. Ignaz Vitzthumb (1724-1816) was er in die jaren dirigent.
Tot zijn leerlingen in de kapel behoorden onder meer de violistJoseph Gehot (1756-na 1795), en de klarinettistAmand Vanderhagen (1753-1822).
In Brussel leidde hij enkele jaren het orkest van het Grand Théâtre.
Na zijn overlijden werd Pieter Van Maldere door zijn broer opgevolgd als eerste violist in de kapel.
Zijn werken werden gepubliceerd in Londen, Parijs en Brussel (zoals blijkt uit de in de bijgaande bibliografie opgenomen thematische catalogus van het oeuvre), en overal uitgevoerd aan de Europese hoven.
Doordat zijn Vlaamse naam niet vertrouwd in de oren klonk, werd deze door kopiisten vaak vervormd. Enkel varianten zijn Vanmaltre, Van Maltere, Vanmonder, van Maldern, Wan Maldere, Wanmalder, Vam Maldere, Maldera, tot zelfs Vand'Elmar (B-Bc 73150).
Zijn oeuvre, bestaande uit symfonieën, sonates en opera's, beïnvloedde het ontwikkelingsproces van de klassieke symfonie.
Werken
Terwijl zijn kamermuzieklaatbarokke trekken behoudt en de invloed van Corelli vertoont, vormen zijn vioolsonates en symfonieën historisch en esthetisch de overgang naar de klassieke Weensesymfonie. De meeste symfonieën zijn driedelig, en bevatten elementen als thematisch contrast of een modulerende doorwerking. Het tweede deel is soms een tweedelige liedvorm, de finale soms een rondovorm. Enkele werken vertonen kenmerken van de Mannheimer Schule. Een aantal werken vertoont reeds de klassieke vierdeligheid (RomM 51 in C, en 120 in F; de Sonata a 3, RomM 20 in D).
Handschriften van Van Malderes instrumentale composities raakten over heel Europa verspreid, en bevinden zich volgens RISM (Répertoire International des Sources Musicales) in minstens 21 bibliotheken in 10 landen (België, Denemarken, Duitsland, Hongarije, Italië, Slowakije, Tsjechië, de VS, Zweden, Zwitserland).
Van Malderes werken werden gedrukt door uitgevers in Londen, Parijs, Dublin en Brussel; ook na zijn overlijden werd zijn muziek herdrukt (de Six favourite overtures in 8 parts, opus 4 in Londen, ca. 1770).
Van Van Malderes vokale composities is momenteel maar één handschrift bekend, namelijk van zijn opéra-comique "Le déguisement pastoral" (1756), dat zich in de muziekafdeling van de Österreichische Nationalbibliothek in Wenen bevindt.
Een populaire vocale compositie op Van Malderes muziek was 'Ach wiederholt mir Jesu Leiden', een bewerking van het Grave uit zijn Symfonie op. 4 nr. 5, voor twee sopranen, strijkers en bas (in één bron werden twee fluiten toegevoegd).
Een aantal van zijn werken werden aan andere componisten toegeschreven, onder meer Joseph Haydn (RomM 80 in Bb), en Josef Mysliviček, wiens symfonie in C eigenlijk Van Malderes op.4 nr. 2 is.
Voornaamste werken
Talrijke viool- en triosonates, waaronder 3 trio’s voor klavecimbel, viool en cello opus 7, die na zijn dood werden uitgegeven (door Van Ypen & Pris, Brussel, tussen 1774 en 1778).
Ouvertures
In totaal een 45-tal symfonieën, waaronder:
Sei sinfonie a più stromenti (opgedragen aan hertog d'Antin, omstreeks 1760)
Sei sinfonie a più stromenti (Parijs, 1762) zonder basso continuo, onder invloed van de school van Mannheim
Sei sinfonie a più stromenti opus 4 (Parijs en Lyon, 1764)
Sei sinfonie a più stromenti opus 5 (Parijs, 1768)
Van Maldere, Pierre, VI Sonatas for Two Violins with a Bass for the Harpsicord, for Violoncello, (Facsimile Series for Musicians and Scholars, 30), Peer: Musica-Alamire, 1989.
Craig LISTER, ed., Pierre van Maldere: Six Symphonies a più strumenti, opus 4, (Recent Researches in the Music of the Classical Era, 35–36), Madison, WI: A-R Editions, 1990.
Bibliografie
Charles BURNEY, The Present State of Music in Germany, the Netherlands, and the United Provinces, London, 1773; London: Beckett, 1775²; reprint 1775² (Monuments of music and music literature in facsimile, 117), New York: Broude, 1969.
François-Joseph Fétis: Biographie Universelle des Musiciens et bibliographie générale de la musique, Paris: 1881-89, 8 vols. Supplement et complement. 2 vols. ISBN 2-845-75049-8
Suzanne CLERCX, Pierre van Maldere, virtuose et maître des concerts de Charles de Lorraine (1729-1768), Brussel, Paleis der Academiën, Mémoires, 1948.
Albert VAN DER LINDEN, ‘Notes inédites sur Pierre Van Maldere et ses frères’, Belgisch Tijdschrift voor Muziekwetenschap / Revue belge de musicologie, 3, 1949, 46-49.
Sem Porter KEGLEY, A preliminary study of the symphonies of Pierre van Maldere, Thesis M.M., Wichita State University, Kansas, 1976.
Willy VAN ROMPAEY: Pieter van Maldere, 1729-1768. Thematische catalogus van de instrumentale werken met voorbeelden in partituurvorm, Aartselaar, 1990. [verwijzing: 'VR' of 'RomM' (in RISM)]
Filip BRAL, 'Brussels muzikale zoon', Muziek en Woord, 27, 2001, 17.
Koen BUYENS, ‘Henri-Jacques De Croes and the Court Chapel of Charles of Lorraine. A socio-historical perspective’, Belgisch Tijdschrift voor Muziekwetenschap / Revue belge de musicologie, 55, 2001, 165-178.
Koen BUYENS, Musici aan het hof. De Brusselse hofkapel onder Henri-Jacques De Croes (1749-1786): een sociaal-historische studie, Brussel: VUB-Press, 2001.
Nederlandse lexicons
Hij wordt aangestipt in:
Henri Viotta, Lexicon der Toonkunst, deel II, 1883, pagina 526 omschreef hem als vioolvirtuoos
Pieter Van Maldere. Symphoniae, Collegium instrumentale Brugense o.l.v. Patrick Peire, Eufoda 1206.
Pieter van Maldere – Sinfonie, The Academy of Ancient Music o.l.v. Filip Bral, MMP 012 [Klara-CD].
Pieter van Maldere – Six sonates pour deux violons et clavier, André & Yaga Siwy, violen; Simone Vierset, klavecimbel, Monumenta Musica Bibliothecae Regiae Belgicae, BRB 9 (1984).