Aan de Belgische zijde zijn archeologische resten aangetroffen van het Oppidum Caestert (of hoogtenederzetting) uit de ijzertijd en het begin van de Romeinse periode 250-20 v.Chr. met aarden wallen en verbrande resten van hun ondersteunend houten raamwerk.[1][2][3] Caestert wordt vernoemd als een van de mogelijke liggingen van Atuatuca, de legerplaats waar Caesars Veertiende Legioen belegerd en vernietigd werd door de Eburonen.
In de jaren 1930 werd er dwars door het plateau het Albertkanaal gegraven. Door deze Doorsteek van Caestert werd het plateau in twee delen gesplitst.
Natuur
In België is het plateau van Caestert Europees beschermd als Natura 2000-gebied (habitatrichtlijngebied 'Plateau van Caestert met hellingbossen en mergelgrotten' (BE2200036)).
Er komen zeven Europees beschermde habitats voor: droge kalkgraslanden en struweel op kalkbodem, essen-eikenbossen zonder wilde hyacint, glanshaver- en grote vossenstaartgraslanden, heischrale graslanden en soortenrijke graslanden van zure bodems, jeneverbesstruweel, kalkrijke beukenbossen, niet voor het publiek opengestelde grotten.
Bossen op het plateau zijn onder andere het ENCI-bos op de westhelling en het Slavantebos op de oosthelling.
Gangen en groeves
Het plateau vormde vroeger van Maastricht tot aan Wezet één geheel, maar is in de loop der tijd doorsneden geraakt en een deel ervan is afgegraven ten behoeve van de kalkwinning. Het Albertkanaal doorsnijdt het plateau tussen de Belgische plaatsen Kanne en Ternaaien (Frans: Lanaye), de Doorsteek van Caestert, en trekt met de 60 meter diepe insnijding veel fietsers en wandelaars. Het gedeelte van het Plateau van Caestert aan de zuidzijde van het kanaal wordt het Plateau van Eben-Emael genoemd. Op het Nederlands grondgebied heeft de ENCI-groeve een grote krater geslagen en op Belgisch grondgebied heeft men de Groeve Marnebel bij Eben Emael en een groeve bij Wezet gegraven. De heuvel D'n Observant is een stortberg, die is opgeworpen van de onbruikbare, metersdikke deklagen, die bij het graven van de ENCI-groeve vrijkwamen.
In het plateau zijn diverse ondergrondse gangenstelsels gegraven. In het Nederlandse deel van het plateau is een groot deel, zo'n 70%, van deze gangen verloren gegaan door de ENCI-groeve en zijn er vier grote gangenstelsels te onderscheiden die ieder een eigen karakter hebben:
Ook eindigde hier de kilometerslange smokkelroute, een ondergrondse verbinding met Nederland via het Zuidelijk Gangenstelsel. Aan de andere zijde van het kanaal bevindt zich het Fort Eben Emael. In het noordelijke deel op Belgisch grondgebied ligt verder de Verloren Vallei, een voormalige dagbouwgroeve.
Geologie
Het Plateau van Caestert ontstond doordat, aan weerszijden ervan, de Maas en de Jeker circa 60 m diepe dalen uitsleten. De bovenzijde van de Sint-Pietersberg is relatief vlak en ligt op +101 m NAP. Het hoogste punt is D'n Observant (+171 m NAP), ontstaan door het storten van grond die vrijkwam bij de kalksteenwinning. Het plan om deze kunstmatige heuvel alsnog af te graven is uiteindelijk niet uitgevoerd.[4]
Het plateau wordt beschouwd als ankerplaats: een gebied dat de hoogste landschappelijke waarde is toegekend. Voordat het erkend werd als archeologisch monument, als beschermd natuurgebied, als gebied met oude monumentale gebouwen, was het plateau een potentieel wingebied van de cementlobby CBR en ENCI die de kalksteenlagen onder het plateau wilden ontginnen.
Boven op het plateau, ter hoogte van de sluizen van Ternaaien, bevond zich het, in 1972 door brand verwoeste, gelijknamige kasteel Caestert en de afgebroken Kapel van Caestert. Oude boomgroepen werden eveneens aan het landschap onttrokken. Het proces dat zich op het Nederlands deel van de Sint-Pietersberg had voltrokken, dreigde ook op dit deel voortgezet te worden.
Nu is de dreiging van verdere destructie geweken en er is hoop dat wat rest van de plaats die al in de steentijd bewoond werd, en die voor de Romeinen als strategisch belangrijk steunpunt werd beschouwd, behouden blijft.