In Tirreno-Adriatico 2009 schreef hij dankzij een zege in een massasprint de derde etappe op zijn naam. Hij won voor toppers als Tom Boonen, Mark Cavendish, Daniele Bennati en Alessandro Petacchi. Farrar bevestigde zich als een van de beste sprinters door als een van de enigen Cavendish te kunnen uitdagen in de Ronde van Frankrijk 2009. Hij trok deze goede lijn door door ook zijn eerste grote klassieker te winnen: de Vattenfall Cyclassics. Farrar won een paar dagen later ook drie etappes in de ProTour-wedstrijd Eneco Tour. Voorts won hij ook zijn eerste rit in een grote ronde: een etappe in de Vuelta. Hij won ook nog Heusden-Vlaanderen en voegde ook nog even twee etappes in het Circuit Franco-Belge aan zijn erelijst toe.
In 2010 behaalde Farrar een ritzege in de Driedaagse van De Panne en won hij de Scheldeprijs. Hij won ook de tweede en de tiende etappe van de Ronde van Italië. Op 15 augustus won hij voor de tweede maal op rij de Vattenfall Cyclassics. Daarmee is Farrar de eerste renner die twee keer won in Hamburg.
Farrar woonde tijdens zijn carrière verschillende jaren in Gent.[1] Hij sprak toen goed Nederlands en was zeer populair in Vlaanderen.
Op 10 mei 2011 kwam Farrar samen met de acht overgebleven leden van de Leopard Trekploeg gezamenlijk over de meet in de vierde etappe van de Ronde van Italië nadat hun ploeggenoot en boezemvriend van Farrar, Wouter Weylandt, na een val in de derde etappe om het leven was gekomen.
Ook maakt de renner sinds het overlijden van Wouter Weylandt een W-gebaar met zijn handen bij een overwinning om zijn vriend te eren.